Even voorstellen... John

John 1

Als je John vraagt hoe hij naar Berlijn gekomen is, krijg je een typisch antwoord: „Met de trein“. En als je weet dat hij eind 1990 naar deze stad kwam, dan is de volgende vraag: “Hoe lang duurde dat?“ John`s antwoord: „Op z´n minst 10 uur.“ Vandaag de dag duurt de reis ongeveer de helft van die tijd…

 

Waarom kwam je naar Berlijn?

Ik kwam in 1990 voor een theaterproject naar Berlijn. Door dit project, waarbij ik uiteindelijk zeven jaar bij betrokken was, raakte ik in de ban van Berlijn en de geschiedenis van de DDR. Vanuit Nederland waren de DDR, het communisme en de dictatuur altijd iets abstracts geweest. Plotseling was het mijn realiteit geworden, een fascinerende andere planeet, een stuk geschiedenis waarvan ik nu deel uitmaakte. Met het theaterproject waren we jaarlijks twee tot drie maanden op tournee. We waren vooral in het oosten van Duitsland onderweg. Als theaterworkshop-leider had ik tijdens deze touren veel gesprekken met mensen uit de voormalige DDR. Mij fascineerde vooral de impact van de politieke veranderingen op hun leven. Ik heb zo veel verhalen gehoord…

Verhalen van gewone mensen, en bijzondere verhalen over een bijzonder moment in de geschiedenis. Dat fascineerde mij als theatermaker enorm. Want wat is theater anders dan een vorm van verhalen vertellen? Daarom werd Berlijn vanaf dat moment mijn vaste verblijfplaats.

Wat fascineerde je aan Berlijn?

De vrijheid, het persoonlijke van de relaties. Het delen. Niemand had veel, maar iedereen deelde. Het ging niet om geld, maar om dingen te doen, samen. En je had een hele stad tot je beschikking. Dat zal ik op die manier nooit meer meemaken. Maar het was ook duidelijk dat deze situatie niet altijd zo zou blijven.

En toen?

Eind jaren negentig leerde ik mijn huidige vrouw kennen. Al snel kwamen de kinderen. Het werd steeds moeilijker om te overleven in de theaterwereld. Met mijn vrouw en kinderen besloot ik daarom een nieuw avontuur aan te gaan, wat uiteindelijk een toeristisch project in de Dominicaanse Republiek werd. Onze kinderen zijn daar opgegroeid. Maar toen ze zes en acht jaar oud waren, hebben we besloten vanwege de schoolsituatie voor de kinderen terug te keren naar Berlijn.

De Duitse hoofdstad was intussen een heel andere stad geworden. Maar het Heimat-gevoel was snel terug. Berlijn is nog steeds een stad voor de mensen, de mensen zijn er niet voor de stad. En dat ervaar ik nog steeds als bijzonder.

Hoe ben je gids geworden en gebleven?

De eerste tijd na mijn terugkeer naar Berlijn heb ik geprobeerd weer bij het theater terecht te komen, maar ik was te lang weg geweest. Per toeval kon ik vrij snel als stadsgids midden in het seizoen beginnen. Het paste bij mijn vroegere theaterleven. Ik was en ik ben weer 'verhalenverteller'. Mijn gasten zijn mijn publiek. Mijn ervaringen uit de jaren negentig, de veranderingen van de afgelopen jaren en mijn fascinatie voor deze stad en haar rol in de wereldgeschiedenis, waren voor mij de perfecte combinatie om mij als gids als een vis in het water te voelen. Daarnaast speelt het contact met mijn gidscollega`s een belangrijke rol. Allemaal eigenzinnige karakters, interessante mensen met bijzondere verhalen, allemaal freelancers. Desondanks geen concurrenten, maar collega‘s. We delen. En dat was de reden waardoor ik zo gefascineerd was door Berlijn in de jaren negentig. Het met elkaar delen. Als gids kan en wil ik mijn liefde voor deze stad delen met mijn tourgasten.

John 2

Waar heb je overal gewoond?
Ik heb altijd in Oost-Berlijnse wijken gewoond. Eerst in Mitte, daarna in Friedrichshain en na de terugkeer uit de Dominicaanse Republiek in een oase in Lichtenberg, de Victoriastad. Ik woon nog steeds in Lichtenberg. Het is een mooie wijk in het oosten, die zo veel meer is dan 'Plattenbauten' (prefab flatgebouwen). We hebben hier ontzettend veel groen en water. Ik ben blij dat mijn kinderen hier kunnen opgroeien.

Wat doe je in je vrije tijd, heb je nog 'Geheimtipps'?
Mijn vrije tijd is voor mijn gezin gereserveerd en als je Berlijn wilt leren kennen ga naar de parken. Daar zijn de Berlijners. Daar leven ze als het weer meespeelt. Een biertje halen bij de 'Späti' (kiosk), de barbecue aan en dan op een dekentje in het park. Vroeger was dat nog leuker. In de DDR was nudisme, de 'FKK-Kultur' een algemeen geaccepteerd fenomeen. Het was voor de mensen een creatieve manier om dat beetje vrijheid dat ze hadden, te benutten. Nu zijn de meeste blote konten verdwenen. En de weinige plekken die zijn overgebleven, blijven geheim.

 

Björn